Frankrijk versnelt de ontwikkeling van duurzame kerosine

De Franse minister van transport, Jean-Baptiste Djebbari, heeft eind juli, tijdens een bezoek aan de locatie van het project BioTfuel in Noord-Frankrijk, de start aangekondigd van een oproep tot het indienen van projecten voor de ontwikkeling van duurzame brandstoffen voor de luchtvaart, met een budget van maximaal 200 miljoen euro. Terwijl de luchtvaartindustrie werkt aan een waterstofvliegtuig tegen 2035, wordt het gebruik van niet-fossiele brandstoffen gezien als een van de meest veelbelovende manieren om de carbon footprint van de luchtvaart terug te brengen.

Er zijn weliswaar al Franse partijen die zich hiermee bezig houden, zoals TotalEnergies, dat drie van zijn vestigingen in Frankrijk gebruikt voor de productie van biobrandstoffen (La Mède, Oudalle en Grandpuits), maar de Franse regering, die al eerder haar nationale roadmap voor duurzame biobrandstoffen voor de luchtvaartsector opstelde, met daarin de Franse ambitie en strategie vanaf 2025, wil de ontwikkeling van een strategische industrie die zich toelegt op de productie van duurzame brandstoffen voor de luchtvaart (SAF) aanzienlijk versnellen.

“Deze oproep tot het indienen van projecten is bedoeld ter ondersteuning van onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten die worden uitgevoerd door bedrijven, alleen of binnen een consortium, en die de marktintroductie van ambitieuze, innovatieve en duurzame technologieën en/of oplossingen versnellen, vanaf de industriële onderzoeksfase tot de operationele demonstratie. Er kunnen ook technische werkzaamheden worden gefinancierd voordat het investeringsbesluit is genomen”, aldus het ministerie van ecologische transitie. Minister Djebbari kondigde deze oproep gezamenlijk aan met de Franse minister van industrie, Agnès Pannier-Runacher.

Met een voorlopig budget van maximaal 200 miljoen euro, afhankelijk van de kwaliteit van de voorgestelde projecten, loopt deze oproep tot 29 april 2022, na een eerste selectieronde op 15 oktober aanstaande.

Meer informatie in het bestek.

Bron: La Tribune, Ministère de la Transition écologique