Na vorig jaar bijna 170 miljoen euro te hebben vrijgemaakt voor de ondersteuning van 25 onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten in de auto-industrie, heeft de Franse stuurgroep voor onderzoek inzake motorvoertuigen en mobiliteit (CORAM) opnieuw 14 projecten geselecteerd die steun van de overheid zullen ontvangen in ruil voor toezeggingen en investeringen van de fabrikanten. Elektronica is alomtegenwoordig in de geselecteerde projecten.
De 14 nieuwe projecten zullen begin september van start gaan en ontvangen een medefinanciering uit het Programme d’Investissement d’Avenir (PIA) ten hoogte van 109 miljoen euro. Andere projecten kunnen in de tweede helft van 2021 in aanmerking komen voor steun, met een tweede ronde voor het indienen van projecten eind augustus.
De stuurgroep heeft ook de prioriteiten van de auto-industrie vastgesteld om de structurele uitdagingen van de sector aan te pakken en te zorgen voor de beheersing van de technologie van bepaalde essentiële onderdelen in de waardeketen:
- het ontwerp van batterijen;
- de ontwikkeling van brandstofcellen en tanks, twee essentiële componenten voor de prestatie van elektrische voertuigen op waterstof, waarin de auto-industrie een leidende positie wil behalen;
- vermogenselektronica, waarvan de markt tussen nu en 2030 zal vertienvoudigen, in een context van een wereldwijd tekort aan halfgeleiders;
- de ontwikkeling van software voor “connected” en autonome voertuigen, die een steeds groter aandeel van de toegevoegde waarde van het voertuig zal vertegenwoordigen;
- materialen, met de uitdagingen van gewichtsvermindering en circulaire economie.
Details van de 14 geselecteerde projecte
1. Project NEVEOS (Renault en Continental)
Renault en Continental willen met de hulp van Actia, Alkalee (startup) en Elektrobit (startup, dochteronderneming van Continental) een nieuwe gecentraliseerde elektronische architectuur en een nieuw softwarebesturingssysteem voor voertuigen ontwikkelen. De doelstelling van het consortium is het ontwerpen van krachtige computers die de kern zullen vormen van de elektrische en elektronische auto-architectuur van de toekomst. Deze ontwikkelingen zijn strategische investeringen om het voertuig toegankelijk te maken voor een ecosysteem van diensten. Hiermee worden banen voor de toekomst gecreëerd via de opkomst van startups rond diensten van micromobiliteit voor auto’s, vergelijkbaar met smartphone apps. Dit baanbrekende concept zal in een eerste fase worden toegepast op een voertuig van Renault met eenvoudige diensten, gewijd aan micromobiliteit.
2. Project Battery Spray Cooling (Stellantis)
Het project”Battery Spray Cooling”, dat onder leiding staat van Stellantis, is het resultaat van een consortium van verschillende Franse bedrijven, waaronder twee automotive toeleveranciers (Valeo, Tronico), een in engineering gespecialiseerde kmo (EXOES/e-Mersiv) en een publiek technologisch instituut (ENSAM). Met dit project wil het consortium een innovatief koelsysteem voor accu’s ontwikkelen en op de markt brengen, inclusief het gebruik van een nieuwe diëlektrische vloeistof. Dit systeem zal de energiedichtheid, de massa en de kosten van batterijpacks optimaliseren. Bovendien zal deze technologie, uit veiligheidsoogpunt, het beheer van de thermische wegloop van batterijen verbeteren.
3. Project eAWD 48 (Stellantis)
Met het project eAWD 48 wil Stellantis een geëlektrificeerde 4×4 MHEV-aandrijflijn ontwikkelen. Dit is een oplaadbare hybride aandrijflijn bestaande uit een elektromotor parallel aan de transmissie en los van de verbrandingsmotor en een elektromotor van 48V, die via een snelheidsregelaar aan het wiel is gekoppeld. Dit project zal leiden tot de eerste toepassing van 48V-elektromotortechnologie ontwikkeld en geproduceerd in Frankrijk (Trémery, Moselle) door de joint venture van Stellantis en Nidec.
4. Project Elec ZE (Renault Trucks)
De doelstelling van het door Renault Trucks geleide project is de ontwikkeling van een nieuwe reeks “Medium Duty” elektrische vrachtwagens (voertuigen van minder dan 26 ton voor de bevoorrading in stedelijke en randstedelijke omgevingen). Deze elektrische vrachtwagens zullen worden geproduceerd in de fabriek van Blainville/Orne in het departement La Manche. De technische doelstelling van het project is met name het verhogen van de autonomie van de voertuigen door batterijen met een hogere energiedichtheid te installeren, hetgeen een herziening van de koel architectuur vereist, en het verhogen van het oplaadvermogen om dezelfde oplaadtijd te behouden van de oude generatie voertuigen via een nieuwe snellader. Dankzij deze aanpassingen kunnen er meer goederen worden geladen en krijgen derden (bv. carrosseriebouwers) een aansluiting op de elektrische architectuur van 660V van het voertuig.
5. Project SABRES (Plastic Omnium)
Plastic Omnium wil in samenwerking met de startup Greenerwave, de kmo’s ADDIPLAST en AlphaRecyclage Composites, alsook het onderzoeks- en onderwijscentrum C2MA, een 4D-beeldvormingsradar ontwikkelen en integreren in de carrosserieonderdelen van Plastic Omnium, om de opkomst van autonome voertuigen te versnellen. De belangrijkste ontwikkelingsgebieden zijn de ontwikkeling van een geoptimaliseerde sensor, de simulatie van de variabiliteit van carrosseriepanelen, onderzoek van technische oplossingen en de methoden voor het ecologisch ontwerp van systemen. Maar ook het beoordelen van oplossingen voor de vervanging van onderdelen en processen met een geringe technische waarde door onderdelen met een zeer gering milieu-impact.
6. Project DECORE (Faurecia)
Faurecia, in samenwerking met Renault en de CEA (met andere partners zoals MTB, APM, Tridimeo en Weeecycling), wil via dit project het interieur van het voertuig van de toekomst koolstofvrij maken door nieuwe technologieën te ontwikkelen die minder CO2 uitstoten en duurzamer zijn. Doel van het project is te werken aan de vermindering van de koolstofvoetafdruk tijdens de fabricagefase van bepaalde onderdelen (stoelen, dashboard, enz.) en van hun gewicht door het gebruik van meer verantwoorde materialen (gerecycleerde of recycleerbare grondstoffen, verwerking van plantaardige materialen, enz.)
7. Project OSCCAR (Faurecia)
Met dit project wil Faurecia innovatieve systemen in de autostoel ontwikkelen. Doel is de ontwikkeling en productie in Frankrijk (op de locatie van het bedrijf in Caligny) van intelligente systemen voor stoelbediening (snellere, lichtere, compactere en stillere mechanismen en aquatoren voor autostoelen), die beantwoorden aan de behoeften van de auto-industrie op het gebied van de veiligheid van de inzittenden, met name in het kader van de nieuwe geautomatiseerde en geconnecteerde mobiliteit (stoelbewegingen en -verstellingen, controle van de positie van de inzittende op de stoel)
8. Project SERENITY (Valeo)
Valeo wil de bestuurder weer centraal stellen in het autonome en connected voertuig door welzijnsoplossingen te ontwerpen voor de bestuurder en passagiers in het kader van autonome mobiliteit. Het project zal met name een dynamisch software model (digital twin) ontwikkelen om de bestuurder en de inzittenden te modelleren en op die manier hulpmiddelen te personaliseren om de bestuurder alert te houden, stress te voorkomen of te neutraliseren. De teams van Valeo zullen in dit project worden bijgestaan door hun universitaire partners (Gustave Eiffel universiteit en de Ecoles des Hautes Etudes) en industriële partners (MyBrain Technologies en Core for Tech). Aan het eind van het project zal het consortium intelligente sensoren, een head-up display met augmented reality, “digital twins” en “vermoeidheidsherkenning”-software, monitorings- en herkenningssystemen en een platform voor de ondersteuning van chauffeurs op de markt brengen.
9. Project ECH2 (Vitesco)
Vitesco Technologies (toeleverancier voor de automobielsector, gespecialiseerd in elektronische componenten) zet zich in voor de ontwikkeling van waterstofsystemen, in samenwerking met het laboratorium Laplace, het IFPEN-instituut en de industriële partijen Siemens industrie Software en Helion Hydrogen Power. Het project is gericht op de ontwikkeling en productie van robuuste, efficiënte, duurzame en betaalbare elektronische systemen en functies voor brandstofcelvoertuigen. Het consortium wil met name de technologische bouwstenen van thermische en elektrische voertuigen ontwikkelen met de kennis die is opgedaan in de luchtvaart. Het project zal een modulaire benadering hebben tegen de juiste kostprijs, gericht op de markt voor lichte voertuigen, bussen en vrachtwagens. De productiefaciliteit zal in Frankrijk worden gevestigd en zal kunnen voldoen aan de grote vraag van de automobielsector.
10. Project OLEA EVO (Silicon Mobility)
Silicon Mobility is een kmo die gespecialiseerd is in de ontwikkeling van halfgeleidertechnologieën en ingebedde software waarmee de werking van de belangrijkste functies die nodig zijn voor de elektrificatie van voertuigen kan worden gecontroleerd. Het project beoogt de efficiëntie van elektrische voertuigen te optimaliseren door voornamelijk in te zetten op de verhoging van hun autonomie door de verliezen in de omzetter en de elektrische motor zelf te beperken. Dit zal worden bereikt door de ontwikkeling van een zeer geavanceerd besturingscommando (de instructies die naar de elektronische componenten worden gestuurd) die door verliesmodellen zal worden voorspeld en gestuurd. Het aantonen van de voordelen die hiermee worden behaald zal worden uitgevoerd op een dynamische testbank van IFP Energies Nouvelles door verschillende gestandaardiseerde meetcycli te doorlopen.
11. Project Turbocap (NAWA Technologies)
Doel van het project is het ontwerpen van een hybride aandrijflijn met batterijen en supercondensatoren. Dit project gaat de technologische bouwstenen ontwikkelen en combineren die nodig zijn om het belang van supercondensatoren voor de auto-industrie aan te tonen. Het project zal leiden tot een industriële strategie voor de productie van supercondensatoren met een hoge energiedichtheid en tot de studie van de integratie ervan in drie demonstratie-toepassingen: een motorfiets om het voordeel van de technologie op gemotoriseerde tweewielers in een stedelijke omgeving aan te tonen, een raceauto om de limieten van de hybride aandrijflijn te testen en een elektrische bus.
12. Project EFIBA (Bluebus, NAVYA, Actia en Keolis)
Het consortium bestaande uit het bedrijf Bluebus (dochteronderneming van de groep Bolloré, gespecialiseerd in de bouw van volledig elektrische stadsbussen) en de bedrijven Navya, Actia, Keolis wil een gerobotiseerde versie van een elektrische bus van 6 meter ontwikkelen in het kader van het industrialiseringsproces van Bluebus op zijn locatie in Quimper, en dit proces volledig autonoom maken door het te begeleiden vanaf het ontwerp tot de commercialisering. Dit project heeft ook tot doel de Franse industrie voor te bereiden op de markt van autonome bussen. De elektrische batterijen zullen ook door Bolloré worden geproduceerd, via zijn dochteronderneming Blue Solutions.
13. Project POWER2024 (Actia)
Actia (gespecialiseerd in de fabricage van elektronische componenten) wil met dit project innovatieve batterijpakketten ontwikkelen, met name op het gebied van de opbouw (cell to pack), alsmede ingebedde vermogenselektronica, voor zware elektrische voertuigen. De teams van Actia zullen in dit project worden bijgestaan door de CEA/Liten, en de in recycling gespecialiseerde industriële groep Surplus Recyclage Manager-GSR (kmo). Het einddoel van de werkzaamheden is de bouw van een demonstratiemodel in bussen en zal leiden tot de oprichting van een nieuwe fabriek in de regio Occitanië.
14. Project BIMS & DROP (Verkor)
Verkor is een startup die een fabriek voor de productie van batterijcellen in Frankrijk wil openen. Het project richt zich op het ontwerp, de ontwikkeling en het testen van een nieuw systeem voor de productie van batterijcellen (digitalisering van het productieproces, geautomatiseerde oplossing voor de recyclage van het productieafval ter plaatse, waardoor het gebruik van grondstoffen kan worden gemaximaliseerd, enz.). Deze werkzaamheden zullen plaatsvinden in het R&D-centrum dat zich in de regio Auvergne Rhône Alpes zal vestigen en vervolgens zal worden geïntegreerd in de toekomstige fabriek voor de productie van batterijcellen.
Bron: Ministère de la transition écologique