Frankrijk doet stap naderbij 5G frequentieveiling
Op 24 november 2019 maakte de Franse staatssecretaris voor economie en financiën, Agnès Pannier-Runacher de prijs bekend voor de verkoop van de 5G frequenties. 2.17 miljard euro hoopt de Franse overheid op te halen dankzij deze veelbelovende nieuwe technologie. Ook in Nederland is het onderwerp aan de orde van de dag. Op 5 december maakte het kabinet bekend ervan uit te gaan dat de verkoop van de 5G frequenties minstens 900 miljoen euro zal opleveren. Staatssecretaris Mona Keijzer startte begin december de consultatierondes.
Zware investeringen voor Orange, SFR, Bouygues en Free
Na de bekendmaking van de verkoopprijs hebben de vier Franse nationale aanbieders Orange, SFR, Bouygues en Free verbaasd gereageerd. De ARCEP, de Franse telecomautoriteit, had gepleit voor een prijs van 1,5 miljard euro. De telecomproviders geven aan dat ze in Frankrijk kampen met de laagste marktprijzen (voor hun klanten) van Europa en tegelijkertijd de zwaarste fiscaliteit.
De Franse telecomsector investeert jaarlijks 10 miljard euro per jaar in de infrastructuur. De betrokken partijen zijn dus nu al de financiers van de grootste telecominfrastructuurprojecten.
De telecomproviders menen ook dat de hoge prijs het gevolg is van de in januari 2018 gesloten ‘ New Deal’ tussen de Franse regering en de vier betrokkenen: in ruil voor een gratis verlenging van een deel van hun licenties hadden de vier spelers toegezegd om de uitrol van het 4G-netwerk in zones zonder internetdekking te versnellen.
De zorg bestaat ook dat de vier aanbieders niet allemaal dezelfde kansen krijgen. Orange en SFR hebben veel grotere financiële middelen dan Bouygues en Free. Nu al heerst er een soort duopool op de markt voor internet voor bedrijven met Orange en SFR. En hoe meer frequenties een aanbieder heeft, des te betere 5G kwaliteit kan hij zijn klanten bieden waardoor hij uiteindelijk voordeel behaalt op zijn concurrenten.
3.5 GHz
Voor de populaire 3.5 GHz bandbreedte, biedt de ARCEP maximaal vier partijen de mogelijkheid om voor een vastgestelde prijs minstens 40 MHz en –middels een klassiek veilingsysteem- maximaal 100 MHz in te kopen.
Want het toekenningsmechanisme in Frankrijk is een mix van een eerste deel waar maximaal vier partijen tegen een vaste prijs een frequentieblok kunnen krijgen in ruil voor optionele toezeggingen, en een tweede deel waar de partijen via een veilingsysteem extra frequenties kunnen binnenhalen.
De ARCEP heeft de afgelopen jaren vele consultatiegesprekken gevoerd, en wel in januari 2017, mei 2018, juli 2018 en oktober 2018.
Voor de veelgevraagde 3.5 GHz band is besloten dat de verschillende spelers synchroon dezelfde band gebruiken. Voorlopig zijn 310 MHz beschikbaar, verdeeld over 31 blokken van 10 MHz (tussen 3 490 en 3 800 MHz).
De procedure lijkt de vier grote Franse aanbieders overigens op het lijf geschreven. De ARCEP wil sowieso niet dat één partij meer dan 100MHz in handen krijgt in de bandbreedte van 3.5 GHz.
Deelname door andere partijen
De ARCEP had echter ook gepleit voor de mogelijkheid dat andersoortige, neutrale, partijen zouden kunnen meedingen, namelijk bedrijven die frequenties inkopen en ze vervolgens weer doorverkopen aan andere spelers.
Maar dat lijkt nu lastig, aangezien de technische eisen zeer hoog zijn: zo moet de kandidaat aantonen dat hij de technische en financiële capaciteiten heeft om duurzaam aan de verplichtingen te voldoen die voortkomen uit het gebruik van de frequenties. Ook moet de kandidaat aantonen dat hij gebruik kan maken van een bestaand mobiel telecomnetwerk.
Voor de 40 MHz moeten de kandidaten tegen een vaste prijs akkoord gaan met een aantal principes waaronder:
- Het aanbieden avan een vaste lijn via het mobiel netwerk
•Het aanbieden van een vaste, zeer snelle, radiotoegang of een aanbod voor een grote groep gebruikers met zeer grote datasnelheid
•Transparantie over de planning van de uitrol
•Transparantie over de storingen in het netwerk
•Het accepteren van aansluitingsaanvragen aan DAS (distributed antenna system) systemen
•Integratie van small cells, ook wel bekend als SAWAP (Small Area Wireless Access Points)
•Samenwerken met de MVNO’s, de virtuele operators
Naast deze ‘optionele’ principes, zijn er ook verplichtingen voor de kandidaten, zoals:
- Commerciële verkoop in 2020 van de bandbreedte 3.4-3.8 GHz, minstens op 50% van het grondoppervlak van gemeentes van meer dan 150.000 inwoners, en 50% van zones waar minstens 150.000 mensen in verschillende regio’s wonen.
•Uitrol van een netwerk dat mobiele toegang biedt in de bandbreedte 3,4 à 3,8 GHz, dat 3 000 locaties bevat op 31 december 2021, 8 000 eind 2024 en 12 000 eind 2025.
•Ervoor zorgen dat de datasnelheid die door mobiele netwerken wordt aangeboden, flink omhoog gaat, en wel met 240 Mb/s per sector, op minstens 75% van de locaties eind 2022, 85% eind 2024 en 100% eind 2025.
•Het wegennetwerk met een 5G netwerk dekken. Twee grote mijlpalen: in 2025, de dekking van de snelwegen (16 642 km), en in 2027, de dekking van de hoofdwegen (54 913 km). Deze verplichtingen vragen minstens een snelheid van 100 Mbit/s op iedere locatie.
Licenties voor 15 jaar
De 5G autorisatielicentie zal voor vijftien jaar geldig zijn, met tussendoor twee voortgangscontroles in 2023 en 2028.
* * *
Stand van zaken eind februari 2020
Zonder verrassing zijn inderdaad Orange, SFR, Bouygues Telecom en Free allemaal kandidaat voor de toekenning van de 5G frequenties. De Franse staat zal daar minstens 2,17 miljard euro mee in de wacht slepen.
Het veilingproces staat gepland voor half april. Dit is uiterst belangrijk want wie het hoogste aantal frequenties krijgt, kan het grootste aanbod aan diensten aanbieden. En dus een voordeel halen op de concurrentie. Ook voor de Franse staat staat er veel op het spel, namelijk de 2,17 miljard euro, een welkome budgettaire aanvulling in deze moeilijke tijden.
Voor de ARCEP toont het feit dat alle vier de telecomproviders zich kandidaat hebben gesteld, aan dat de voorwaarden acceptabel zijn. Daar kunnen de nodige vragen bij gesteld worden want enkele maanden geleden nog klaagden de telecomoperators dat de prijzen te hoog en de eisen te streng waren, met name de eisen met betrekking tot de dekking van rurale zones.
Een andere uitkomst is dat geen enkele andere speler dan de telecomproviders zich kandidaat heeft gesteld, ook geen virtuele telecomprovider zonder geen eigen netwerk.
Orange, SFR, Bouygues Telecom en Free gaan dus alle vier deelnemen aan het volledige proces. Op voorwaarde dat ze aan de gestelde eisen voldoen. Ieder krijgt eerst een blok van 50 MHz voor een vaste prijs van 350 miljoen euro toegekend. Daarna gaat het spelen om de 110 resterende MHz die per blok van 10 MHz geveild zullen worden. Maar geen enkele operator kan meer dan 100 MHz in de wacht slepen.
Het is nog onbekend of de frequentieveilingen fysiek zullen plaatsvinden waar de vier operators bij aanwezig zijn of online. Daar wordt momenteel overleg over gevoerd. Dit lijkt een detail maar het tegendeel is waar, de telecomoperators zetten bij dit proces hun toekomst op het spel. Uiteraard mogen er geen prijs- of andere afspraken gemaakt worden tussen de telecombedrijven.
Als alles volgens planning verloopt worden de frequenties in juni 2020 toegekend en kan er in juli 2020 worden gestart met de uitrol.
Bronnen
Le Monde 26 nov
ZDnet.fr 6 dec
Rijksoverheid.nl 11 juni 2019
Nexinpact.com 17 juli 2019
La Tribune 26 februari 2020
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.