Bron tekst website cobouw, bezocht op 05-02-2015 om 15:03
Emmeloord – Door op een stalen frame glasvezels en hars aan te brengen, zijn lichtere maar vooral grotere laadschoppen te maken. De hybride graafbak van Nederlandse makelij krijgt in Parijs een internationale composiet-award.
De laadschop is ontwikkeld door een consortium rond composietbedrijf Vabo en materieelleverancier Kuiken. De bak is met normale slijtplaten uitgerust en ook de aansluitingen zijn traditioneel, zodat hij op elke wiellader toepasbaar is zonder dat de machinist andere handelingen moet uitvoeren. Hoe Vabo de glasvezels en hars precies op en tussen het stalen frame heeft aangebracht wil directeur Arnold Vaandrager niet kwijt. “Dat is het geheim van de smid.”
Het idee voor de hybride laadschop ontstond toen Vabo en Kuiken naast elkaar stonden op een vakbeurs. Na een ontwikkel- en testtraject van twee jaar, rijden er nu bij een paar bedrijven prototypes rond die uitvoerig worden getest. Voor de internationale composietvakbeurs JEC, die begin maart in Parijs wordt gehouden, was het in elk geval genoeg voor een prijs in één van de categorieën.
De 3-kuubs bak die Vabo voor Kuiken bouwde weegt nog geen 1000 kilo tegen 1500 kilo voor een stalen exemplaar. “Gewichtsreductie is aardig”, vindt Vaandrager, “maar die paar liters brandstof die het per dag scheelt vind je niet terug in je boekhouding. Daarom zetten we in op grotere bakken, met minimaal 10 procent extra volume. Bijkomend voordeel is dat je dan ook het contragewicht van de wielladers niet hoeft aan te passen. Als je een vloot hebt van tien shovels, die dagelijks grond heen en weer rijden of silo’s of trechters vullen, kun je er nu met één minder toe. Dat betekent minder materieel en minder personeel en dat vind je wel terug in de cijfers.”