Fotonica in Frankrijk heeft een stralende toekomst

Sectoroverzicht door Eric van Kooij, Joannette Polo, Pierre Rozenski

De Franse optica- en fotonicasector telt zo’n 1000 bedrijven en biedt een directe werkgelegenheid aan circa 50.000 mensen. De sector richt zich op het ontwikkelen en maken van toepassingen voor de vliegtuigbouw en de ruimtevaart, defensie en veiligheid, de automobiel industrie, in medische apparatuur, de telecom sector, industriële instrumenten en processen. Sleuteltechnologieën zijn ontwikkeld voor glasvezelnetwerken, toepassingen voor verschillende soorten lasertechnologie, licht, LED, OLED, sensoren en detectoren.Afnemers van fotonica- en opticatechnologieën zijn dan ook bedrijven als Alcatel, Dassault, EADS, Essilor, Orange, Peugeot, Renault, Safran, Saint Gobain, Thales en Valeo. De producenten van de fotonica toepassingen zelf zijn voor het merendeel MKB bedrijven, met minder dan 250 werknemers. Het ontbreekt in de Franse fotonica sector aan ‘grote’ MKB ondernemingen.

De omzet in de fotonica industrie in Frankrijk werd voor 2009 op € 5,4 miljard geschat, zo’n 12% van de Europese productiewaarde en 2,5% van de mondiale markt. Ongeveer 90% van alle Franse fotonica bedrijven exporteert. Die export is goed voor  50% van de totale omzet van de sector.

Onderzoeks- en kennisinstellingen actief op het gebied van optica- en fotonicatechnologie werken voor het merendeel in clusterverband samen met de bedrijven in de sector. Deze innovatieclusters – pôles de compétivité – zijn verspreid over Frankrijk (zie kaart in figuur 1): Opticsvalley en System@tic in Ile de France, in het zuidwesten ALPhA Route des Lasers (Aquitaine) en Elopsys (Limousin), in het zuidoosten Optitec Popsud (Provence-Alpes-Côte d’Azur) en Pôle optique ( Rhône Alpes) , en tot slot Rhenaphotonics in de Alsace en Anticipa in Bretagne.

Figuur 1. Pôles de compétivité op het gebied van optica en fotonica. (verklaring diagram: grijs = aantal industriële werknemers; groen = aantal onderzoekers per pôle)

De sector wordt op nationaal niveau vertegenwoordigd door het Comité National d’Optique et Photonique (CNOP). Het CNOP vormt vanaf 2003 een overkoepelend orgaan voor de brancheorganisatie Association Française des industries de l’Optique et de la Photonique (AFOP), de beroepsvereniging la Société Française d’Optique (SFO) en de zeven pôles de compétivité actief in de fotonica.

De belangrijkste publieke onderzoeksactiviteiten vinden plaats bij het CNRS, de universiteiten en technische hogescholen en grote onderzoeksorganisaties als ONERA (Office National d’Etudes et Recherches Aérospatiales:  hèt Franse aerospace onderzoekscentrum), CEA-Leti (een van ’s werelds grootste organisaties voor toegepast onderzoek in micro-elektronica en nanotechnologie) en CNES Centre National d’Etudes Spatiales: overheidsinstelling voor het Franse ruimtevaartbeleid). Het onderzoek omvat een breed spectrum aan wetenschappelijke domeinen, zoals astrofysica, technische natuurkunde, micro- en nanotechnologie, licht- en materiaal onderzoek. De onderzoeksgroepen zijn over het algemeen betrokken bij grote wetenschappelijke projecten als ITER, VIRGO, LHC, satellietobservatie, grote telescopen en extreme lasertechnologie. Veel onderzoek vindt op internationaal niveau plaats, met name in Europees verband.

Strategische technologiëen en roadmaps voor de toekomst

In 2010 heeft de CNOP in samenwerking met een aantal experts onderzoek gedaan onder haar leden om te bepalen welke technologiegebieden voor Frankrijk strategische kansen bieden voor de toekomst. Uit dit onderzoek zijn 21 onderwerpen naar voren gekomen die zijn onderverdeeld in 6 domeinen:

  1. Telecommunicatie: optische transmissie over korte afstanden, glasvezelnetwerken en apparatuur;
  2. Medische toepassingen: medical imaging, biosensoren, gezondheidsanalyse, laserbehandeling;
  3. Verlichting, energie en displays: LED, OLED, zonne PV, augmented reality, microscopie;
  4. Fabricage en monitoring: industriële lasertechnologie, produktietechnieken, meetinstrumenten;
  5. Veiligheid en ruimtevaart: observatiesystemen, optische sensoren, complexe beeldverwerking;
  6. Algemeen: micro-electronica, nieuwe materialen en composieten, laserbronnen, nanofotonica.

Uit het rapport is volgens experts af te leiden dat Franse optica bedrijven sterk zijn in het maken van instrumenten voor grote telescopen. Op basis van onderzoek in lasertechnologie hebben een paar Franse bedrijven technologieen ontwikkeld die de beperkingen van de huidige generatie commerciële medische- en glasvezellasers ondervangen. Voor toepassingen in medical imaging en optische diagnostiek zijn er interessante ontwikkelingen gesignaleerd op het gebied van confocale microscopie en ultrahoge-resolutie niet-lineaire imaging. De komende jaren zal steeds meer fotonica technologie worden ontwikkeld voor nanotechnologie toepassingen, biofotonica, metrologie, industriële thermografie, zonne PV, life sciences imaging, defensie en veiligheid.

De CNOP doet geen expliciete aanbevelingen voor een of meerdere van deze onderwerpen. Ze adviseert de sector als geheel – bedrijven, kennisinstellingen, overheid, innovatieclusters en sectororganisaties – om zo nauw mogelijk samen te werken en zodoende het potentieel van Frankrijk op het gebied van fotonica te versterken. Hiertoe doet ze tien  voorstellen die samen te vatten zijn als een aazet tot het versterken van de kennis- en waardeketen. Volgens de CNOP kan dit door het opzetten van een kenniswerkersregeling en meer vraag gestuurd onderzoek, het ondersteunen van onderzoeksactiviteiten en valorisatie van kennis in die gebieden waar het MKB en opkomende OEM’s actief zijn via de pôles de compétivité, het orkestreren van beleidsactiviteiten in uiteenlopende domeinen ter ondersteuning van nationale consortia in bijvoorbeeld de telecomindustrie,het opzetten van nationale innovatieprogramma’s op fotonica gebied, het versterken van internationale samenwerking in onderzoek via Europese projecten en het uitvoeren van strategische acquisitie van buitenlandse bedrijven die lacunes in de Franse fotonica sector kunnen opvullen.

Voor Franse beleidsmakers zijn de volgende aanbevelingen in het optica en fotonica rapport van belang:

  1. de Franse fotonica sector bestaat vooral uit ‘kleine’ MKB bedrijven die zich niet vanzelf zullen ontwikkelen tot grote mondiale spelers;
  2. in het optica en fotonica domein vindt te weinig kennis- en technologie overdracht plaats en er is onvoldoende valorisatie van onderzoeksresultaten;
  3. samenwerking tussen bedrijven onderling en de publiek-private onderzoeksamenwerking op nationaal en internationaal (Europees) niveau moet worden geïntensiveerd;
  4. er moet meer worden gedaan om het bredere publiek in Frankrijk te informeren over het belang en de mogelijkheden van fotonica;
  5. het aantal promovendi in de fotonica neemt langzaam af waardoor er op termijn een tekort aan goed opgeleide experts dreigt;
  6. een wijziging in de rol van het CNRS zal leiden tot de integratie van relatief kleine fotonica onderzoeksgroepen in grotere, meer algemene universitaire onderzoeksgroepen op het gebied van robotica, elektronica of telecommunicatie. Hierdoor zou onderzoeksvrijheid en expertise verloren kunnen gaan.

In het kader van de grote Franse staatslening ‘Investissements d’avenir’ die in 2009 werd uitgeschreven is een call gelanceerd voor zogenaamde ‘Equipements d’Excellence’, de bouw van grote onderzoeksfaciliteiten. Van de 52 projecten die daarbij geselecteerd werden, waren de optica- en fotonicaprojecten goed voor meer dan 86 miljoen euro aan investeringen. Een positief signaal voor de Franse industrie. Bedrijven als Thalès Optronique zijn natuurlijk betrokken bij de geselecteerde projecten, maar ook minder bekende spelers. Op het gebied van energie : CILEX en ThomX (Ile de France), PETAL + (Aquitaine), MANUTECH-USD (Rhône-Alpes). Op het gebied van biologie en gezondheid: ImaginEx BioMe (Nord-Pas-de-Calais), PHENOVIRT (Aquitaine). Op het gebied van nanotechnologie : TEMPOS (Ile de France), UNION, (Alsace), MIMETIS (Midi-Pyrénées). Op het gebied van energie en milieu : Ecox (Rhône-Alpes).

Als illustratie van de Franse fotonica expertise volgt hieronder een korte omschrijving van de activiteiten van de zeven innovatieclusters – pôles de compétivité – in Frankrijk.

Ile de France, regio Parijs In de regio Parijs zijn twee fotonicaclusters actief, OpticsValley en System@tic. Volgens schattingen zijn er in deze regio zo’n 1.000 bedrijven actief zijn op het gebied van ‘optica en complexe systemen’. Bijzonder is het feit dat de hele waardeketen in de Parijse regio vertegenwoordigd is, van materiaal-, component- en basistechnologiefabrikanten tot OEM’s. Vanwege een zekere mate van complimentariteit is er een hechte samenwerking tussen OpticsValley en System@tic. System@tic is als innovatiecluster vooral gespecialiseerd in embedded en complexe systemen. OpticsValley is een actieve netwerkorganisatie voor optica-, fotonica- en softwarebedrijven en -instellingen.

OpticsValley In 2011 waren er meer dan 200 grote en kleine bedrijven, onderzoek- en onderwijsinstellingen en lokale overheden lid van OpticsValley. Opticsvalley richt zich op vier toepassingsgebieden:

  1. BioIT stimuleert toepassingen van optica-, electronica- en softwaretechnoloigieën op het gebied van life sciences en gezondheid van biophotonica tot telegeneeskunde;
  2. ECO-Activités richt zich op de cleantech-sector met optische technologieën, electronica- en softwaretechnologie voor water- en luchtanalyse en duurzame energietoepassingen;
  3.  ‘Instrumentation’ concentreert zich op meet-, analyse-, zend- en ontvangstapparatuur;
  4. Het Telecom-programma werkt aan belangrijke componenten bestemd voor verschillende vormen van telecommunicatie.

Opticsvalley neemt deel in drie Europese projecten. Ten eerste in Innovaton Express, een programma voor technologische en industriële samenwerking met diverse andere Europese optica- en elektronica-acteurs. Innovation Express is een onderdeel van het driejarige Europese project Tactics uit 2009 waarbij samenwerking tussen MKB-bedrijven binnen clusters gestimuleerd wordt. Nederland participeert hier niet in. Ten tweede in Phorce21, een onderdeel van Photonics21 het Europese Technology Platform voor fotonica. Phorce21 analyseert de stand van zaken in het Europees onderzoek op het gebied van optica-fotonica om dit beter te laten aansluiten bij de vraag van de industrie. Ten derde in Nexpresso, het driejarig programma Network for EXchange and PRototype Evaluation of photonicS componentS and Optical systems, gestart in 2010. Het doel van Nexpresso is de aankoop, met behulp van Europese subsidie, van prototypes van optische componenten geproduceerd door Europese MKB’s. Deze worden vervolgens aangeboden  aan universiteiten voor het uitvoeren van testen en verder ontwikkeld tot toepassingen op de markt.

System@tic is een grote pôle de compétitivité in de regio Parijs gewijd aan complexe systemen en embedded systems. Optica en fotonica maken deel uit van de activiteiten. De leden van System@tic richten zich op automotive, transport, digitale veiligheid, open software, ontwerpen en ontwikkelen van systemen, telecom, ICT en gezondheid, ICT en duurzame steden. Op basis van de projecten binnen System@tic wordt duidelijk dat Thalès één van de grote trekkers is in het innovatiecluster. Andere interessante deelnemers zijn:

3S Photonics: een bedrijf met 170 medewerkers en een omzet van € 27 mln in 2009.  3S Photonics ontwerpt, ontwikkelt, produceert en verkoopt opto-elektronische III-V componenten op basis van Gallium Arsenide en Inp. Daarnaast maakt het passieve componenten op basis van FBG (Fiber Bragg Grating). Het bedrijf is bezig zijn producten te diversifiëren voor toepassingen buiten de telecommarkt en al doende een plaatsje op te schuiven in de waardeketen;

Institut d’Optique : een belangrijk kennisinstituut in Palaiseau, gelegen tegenover Thalès Research and Technology en vlakbij een aantal topingenieursopleidingen en -universiteiten. Het instituut verzorgt topopleidingen op het gebied van optica en fotonica voor natuurkundig ingenieurs. Het Optics Institute heeft ook filialen in Saint Etienne en Bordeaux, waar het in 2011 zijn derde lab opende, het ‘Laboratoire Photonique Numérique et Nanosciences’ (LP2N);

Neo Telecoms : de glasvezeloperator Neo Telecoms, directe concurrent van Orange en hoofdzakelijk in de regio Parijs actief, gaat 10 miljoen euro investeren in snelle internetinfrastructuur. De operator exploiteert al zo’n 300 km glasvezel in de regio Ile-de-France. Het bedrijf inaugureerde in oktober 2011 zijn eerste datacenter in Toulouse en zal de komende twee jaar acht à tien datacenters in heel Frankrijk openen. Daarmee is het vrijwel de enige acteur op de snelle internetmarkt die buiten de regio Parijs actief is.

Enkele interessante projecten van System@tic zijn:
– Quasper R&D: een omvangrijk samenwerkingsproject van bedrijven en kennisinstellingen dat getrokken wordt door Thalès. Het krijgt een financiële bijdrage uit het interdepartementaal fonds voor de Pôles de Compétitivité, het Fonds Unique Interministériel (FUI). Quasper R&D is gericht op het ontwikkelen van nieuwe sensor- en perceptietechnologieën en het opstellen van nieuwe Europese standaarden voor de kwalificatie van perceptiesystemen;

– E-motive: het inmiddels afgeronde automotive project E-motive-project ging om de ontwikkeling van een digitaal simulatie platform ten behoeve van een Advanced Driver Assistance System (ADAS). Het project werd getrokken door het bedrijf Imagine, expert in simulatiesoftware;

– Sequre (Symmetric Encryption with QUantum key REnewal): dat in 2011 afgerond werd, was een project waaraan Thales R&T en Thalès Communications deelnamen met als academische partners Telecom ParisTech en het Institut d’Optique Graduate School (IOGS). Sequre had tot doel om een snelle en zeer goede databeveiliging via glasvezelkabels tot stand te brengen.

Zuidwesten van Frankrijk In het zuidwesten van Frankrijk, in Aquitaine en in Limoges, bevinden zich twee innovatieclusters die actief zijn op het gebied van optica en fotonica.
Aquitaine In Aquitaine bestaat een concentratie van wetenschappelijk en toegepast onderzoek op het gebied van fotonica. Onderzoeksthema’s zijn o.a. short-pulse-lasers, niet-lineaire optica,  spectroscopie, laser en plasma interactie, fusie door inertiële opsluiting, optica-uitrusting. De regio munt ook uit in interdisciplinair onderzoek zoals nanofysica, biofotonica of image-processing. Deze onderzoeksactiviteiten zijn aantrekkelijk voor bedrijven die in deze sector actief zijn. De fotonica industrie in Aquitaine is gericht op de ontwikkeling van lasersystemen en hun toepassingen, meettechnieken en imaging. Afnemers van deze technologieën zijn actief in uiteenlopende sectoren als de lucht- en ruimtevaartindustrie, gezondheidssector, energie, boordsystemen, telecommunicatie, chemie, voedingsindustrie en elektronica. De activiteiten zijn gestructureerd rond een aantal pijlers:

RdL is als pôle de compétivité het instrument voor innovatie en samenwerking tussen bedrijven en onderzoeksinstellingen in de regio. Het staat ook open voor internationale samenwerking. Het cluster beschikt over een eigen technologiecenter voor optica- en lasertoepassingen, ALPhANOV. Dit legt zich toe op laser processing & micromachining, laser sources & applications, optical design, imaging en terahertz-toepassingen.

LMJ is een essentieel onderdeel van het programma Simulation dat werd opgezet na de stopzetting van de Franse kernproeven. Samen met zijn Amerikaanse tegenhanger NIF (National Ignition Facility) in California, wordt het één van de grootste laserinstrumenten ter wereld. De 240 laserbundels moeten in 2021 in staat zijn om 1,8 miljoen joule aan energie te leveren en de fusie van waterstofatomen tot stand te brengen. Deze enorme installatie zal toegankelijk zijn voor fundamenteel wetenschappelijk onderzoek en voor bedrijven met plasma-, laser- en fotonica-technologie. Aquitaine zal met de LMJ in Europa over het grootste wetenschappelijk potentieel op vlak van laser-onderzoek beschikken. De bouw van Laser Mégajoule (40.000 m2, 300 m lang, 150 breed en 35 hoog) startte in 2003 en zal in 2014 voltooid zijn. De totale investering beloopt 2,7 miljard euro.

LIL is een prototype op ware grootte van één van de lijnen van de LMJ-uitrusting en sinds 2005 in gebruik. De installatie kan 60 kilojoule in ultraviolete straling opwekken en is daarmee voorlopig de krachtigste laser ter wereld. De huidige functie is het ontwikkelen van de technologie die gebruikt zal worden voor de LMJ. In een later stadium zal de installatie dienen voor experimenten op het vlak van plasmafysica. LIL zal tenslotte gekoppeld worden aan een high power-laser van 7 petawatt, PETAL (PETawatt Aquitaine Laser). Deze zal vanaf 2012 gebuikt worden in het onderzoek rond het Europese programma High Power Laser Energy ResearchHIPER.

Limoges Net als in Aquitaine vindt ook in Limoges op het gebied van optica en fotonica zowel onderzoek als bedrijvigheid plaats. Het onderzoek van het researchcenter XLIM behelst vooral de nieuwe generatie van optische glasvezels (nanostructuur, innovatieve materialen) en optische en laser-versterkers, interferometrie en bio-fotonische instrumenten, supersnelle fotonica en optoelektronica. De bedrijvigheid in het cluster Elopsys is gericht op micro-wave-technologie, fotonica en beveiligde netwerken. De activiteiten zijn gestructureerd rond twee pijlers:

  •  de pôle de compétivité Elopsys in de Limousin ;
  • het researchcenter XLIM.

Elopsys is het hightech innovatiecluster in Limousin waar ondernemers, onderzoekers en studenten hun competenties kunnen ‘poolen’ om nieuwe toepassingen te ontwikkelen voor de defensie industrie, de telecom sector, ruimtevaart, de medische sector, transport en domotica. Onder de oprichters van Elopsys bevinden zich internationaal opererende bedrijven als Legrand (digitale infrastructuren in gebouwen), Photonis (fotosensor technologie voor medical imaging, nachtkijkers e.d.) en Anovo (after sales logistiek en ICT). De gezamenlijke R&D projecten binnen Elopsys worden voor een deel gedaan binnen XLIM.

XLIM is een onderzoeksinstelling die verbonden is aan het CNRS en de universiteit van Limoges. Onderzoek spitst zich toe op glasvezelapparatuur en -communicatiesystemen, nanotechnologie ten behoeve van hoog optische frequenties en microgolven, fotonica en wiskundige informatica. De expertise op fotonica gebied concentreert zich rond laser systemen en optische signaalverwerking, nieuwe generatie glasvezel en fotonische materialen, biofotonica, terahertz toepassingen, radar en optische beeldverwerking. Multidisciplinaire programma’s richten zich op veiligheid, terahertz toepassingen, optische en microgolf instrumenten.

Zuidoosten van Frankrijk
Rhône-Alpes De regio Rhône-Alpes heeft na Île-de-France de grootste concentratie bedrijven en onderzoekscentra die actief zijn in de optica- en fotonica sector. Zij zijn verenigd in het innovatiecluster Pole Optique Rhône-Alpes (ORA). Leden van ORA zijn grote bedrijven als STMicroelectronics (chips), NXP (chips), Schneider Electric (energie management), Tenesol (PV systemen), Thales Angenieux (precisie optica) en een flink aantal MKB bedrijven en starters die actief zijn in dit domein. Expertise ligt in de micro & nanofotonica, imaging & vision, geïntegreerde optica en microsystemen, fotovoltaïca en lighting.

ORA onderhoudt nauwe banden met de activiteiten bij Minatec – de innovatiecampus bij Grenoble gericht op micro- en nanotechnologie gebied – waar in de afgelopen jaren veel nieuwe kennis is ontwikkeld in opto-elektronica, digitale signaal verwerking, sensor toepassingen en biotechnologie.  De faciliteiten van het CEA-LETI in Grenoble, zoals het infrarood lab en de field emission display technologie, worden veelvuldig gebruikt door ORA-leden.

Provence-Alpes-Côte d’Azur Het fotonicacluster Optitec Popsud  bevindt zich in het zuidoosten van Frankrijk. Deze pôle de compétivité telt ongeveer 100 leden waaronder Thales, Eurocopter, ST Microelectronics, Texas Instruments, Siemens, Seso en Dassault. Lokale autoriteiten en regionale ontwikkelingsmaatschappijen spelen een belangrijke rol in de ondersteuning van het cluster. De focus is op optische systemen en imaging systemen in complexe omgevingen zoals in ruimtevaart en astrofysica, optische fotonica in nucleaire installaties en optica voor maritieme doeleinden. Op basis van de aanwezige expertise en kennis worden ook de kansen op nieuwe groeimarkten verkend, zoals fotonica toepassingen in medical imaging, LED’s en OLED’s, fotovoltaïca toepassingen en vision technologieën.

Optitec Popsud is betrokken bij verschillende mondiale en Europese “big science” projecten die in de regio plaatsvinden. Het gaat dan om: ITER – de grootste experimentele kernfusiereactor die op dit moment wordt gebouwd  in Cadarache, de E-ELT – het Europees project om een extreem grote telescoop te bouwen in Chili, CERIMED – het Europese centrum voor medical imaging onderzoek  in Marseille.

Het oosten en het westen van Frankrijk

Elzas In de Elzas is Rhenaphotonics Alsace het optics- en fotonicscluster.  Rhenaphotonics werd opgericht in 2003 als resultaat van het Interreg III-programma met dezelfde doelstellingen als zijn Duitse counterpart Bade-Wurtemberg Photonics, namelijk het coördineren en ontwikkelen van optica- en fotonica-activiteiten in de regio en het helpen uitdragen en valoriseren van de kennis op internationaal niveau. De pôle heeft vier prioriteiten: biofotonica, lasers, optische controle- en meetinstrumenten en materialen voor optica toepassingen. De toepassingsgebieden zijn apparatuur voor fabricageprocessen, defensie en veiligheid, milieu, ruimte, ICT, gezondheid en bouw. Enkele actieve fotonica organisaties in de Elzas zijn Phosylab, Telmat Industrie en het IRCAD (een kennisinstituut voor kankeronderzoek). Maar ook toonaangevende spelers als Schlumberger en Zeiss zijn lid van Rhenaphotonics Alsace.

Bretagne Het regionale cluster Photonics Bretagne verenigt de fotonica acteurs in Bretagne. Deze regio is van oudsher bekend om zijn telecomactiviteiten en daardoor gespecialiseerd in glasvezel en andere hightech communicatievezels. Het R&D-centrum van France Telecom, later de Orange Labs, en bedrijven als Philips en NXP zijn er gevestigd. Photonics Bretagne telt zo’n 45 leden, de meeste zijn MKB-bedrijven, een aantal kennisinstellingen en universiteiten. Ook grote bedrijven, zoals Thales Underwater Systems dat aan de marine en de luchtmacht levert, maken deel uit van het Bretonse fotonicacluster. Een bijzondere deelnemer is PERFOS . PERFOS is het R&D onderzoeksplatform fotonica van Bretagne dat gericht is op het ontwikkelen van uiteenlopende high performance optische vezels.

Tot besluit: Fotonica- en optica onderzoek heeft in Frankrijk een behoorlijke staat van dienst. De twee Franse Nobel prijswinnaars op dit gebied hebben hier zeker aan bijgedragen. In 1966 kreeg Alfred Kastler de Nobelprijs voor de Natuurkunde voor zijn ontdekking en ontwikkeling van optische methoden voor het bestuderen van Hertziaanse resonanties in atomen. Zijn onderzoek heeft sterk bijgedragen aan de uitvinding van de laser. In 1997 kreeg Claude Cohen-Tannoudji de Nobelprijs voor de Natuurkunde samen met Steven Chu en William Daniel Phillips voor de ontwikkeling van methoden om atomen af te koelen en te vangen met laserlicht. Het onderzoek dat aan de instituten van het CNRS plaatsvindt, bij de universiteiten en de ‘grandes écoles’ en bij andere publieke onderzoeksinstituten is eveneens van hoog niveau.

Het bedrijfsleven profiteert van deze onderzoeksactiviteiten in Frankrijk. De concentratie van activiteiten in de verschillende regionale ‘pôles de compétitivité’ draagt ook bij aan het verder versterken van de concurrentiekracht op fotonica en optica gebied in Frankrijk. Fotonica en optica lijken hiermee een gebied te zijn dat in Frankrijk een stralende toekomst tegemoet gaat.